De alvleesklier. Het orgaan waarbij veel mensen zullen denken: wat dóet het eigenlijk?

In het kort is de alvleesklier een orgaan, diep in de buik, die spijsverteringssappen en onder andere het hormoon insuline aanmaakt. Het is een orgaan dat de hoofdrol speelt bij het stabiel houden van de bloedsuikerspiegel en het verteringsproces. Een onmisbaar orgaan dus!

Wist jij het volgende over de alvleesklier? Een aantal weetjes op een rij:

  1. De Latijnse naam van de alvleesklier is “pancreas”. In het Grieks betekent dit “al het vlees”. Ongeveer 300 v. Christus was de chirurg en anatoom Ruphos de eerste die de klier deze benaming gaf. Mogelijke verklaring voor de naam is dat de klier niet uit botten of kraakbeen bestaat.
  2. De alvleesklier is 12-15 cm lang en ligt dwars door de buikholte heen. Van de zijkant gezien lijkt de alvleesklier op een veer.
  3. De alvleesklier heeft zogenoemde smaakreceptorcellen waardoor het de aanwezigheid van suiker kan “proeven”. In tegenstelling tot de smaakpapillen op onze tong, worden deze gevoelens niet door onze hersenen geregistreerd. Deze informatie helpt de alvleesklier om de hormonen in balans te brengen en een gezond glucosegehalte in het lichaam te behouden.
  4. In alvleeskliersap zit het stofje bicarbonaat. Bicarbonaat zorgt ervoor dat de ‘zure’ voedselbrij (door het zure gehalte van de maagsappen) minder zuur wordt, waardoor de enzymen/verteringseiwitten op het voedsel kunnen gaan inwerken (die worden pas actief bij een mindere zuurgraad) en belangrijke lichaamsbouwstoffen makkelijker door de darmen opgenomen kunnen worden in het bloed.oed geregeld voor je lijf dus door de alvleesklier!
  5. De twee meest voorkomende veroorzakers van een ontsteking aan de alvleesklier zijn galstenen en alcohol. In de meeste gevallen verloopt de alvleesklieronsteking mild. Sommige patiënten ontwikkelen echter een ernstige alvleesklierontsteking waarbij de enzymen het alvleesklierweefsel zelf verteren en deze (deels) afsterft.
  6. De meest bekende alvleesklieraandoening is diabetes oftewel suikerziekte. Bij suikerziekte maakt de alvleesklier geen of te weinig insuline aan. De patiënt moet dan zelf de insuline inspuiten.  Suikerziekte is niet te genezen, maar valt wel goed mee te leven, maar alleen als de patiënt zichzelf en de voeding goed in de gaten houdt.
  7. De alvleesklier is een van de meest lastige organen om te behandelen of opereren. Dit komt deels door de ligging van het orgaan (ligt diep achter andere organen), maar ook omdat veel cruciale bloedvaten er in verweven zijn.
  8. Alvleesklierkanker is de meest agressieve kankersoort die er is. Dit komt onder andere omdat de symptomen niet op zichzelf staand zijn en de kanker daarom vaak laat wordt ontdekt. Momenteel wordt er veel onderzoek gedaan naar alvleesklierkanker. Meer informatie hierover is te lezen via https://www.deltaplanalvleesklierkanker.nl/kanker/alvleesklierkanker/
  9. Om verschillende redenen wordt te veel suiker innemen afgeraden, maar ook voor de alvleesklier specifiek is een hoge suikerinname heel slecht. Door zogenoemde suikerpieken kan de alvleesklier op een gegeven moment uitgeput raken en worden de lichaamscellen minder gevoelig voor insuline. Dit kan weer leiden tot diabetes.
  10. De Nederlandse Robin Koops is degene die de kunstalvleesklier uitvond. Als jarenlange diabetespatiënt was hij het vele prikken zat en begon hij met het ontwikkelen van een kastje die continu de glucosewaarde meet van patiënten. De kans op een hypo of hyper wordt hierdoor drastisch verminderd en daarmee ook het aantal ziekenhuisopnames van patiënten. Een eerste honderd diabetespatiënten hebben vorig jaar de eerste kastjes in gebruik mogen nemen. Dit gebeurt vooralsnog uitsluitend in studieverband, in samenwerking met een aantal ziekenhuizen.